82 L. P. VAN DE SPIEGEL OVER der gezwoornen zulks goedvondtdit blykt niet alleen uit de keure van Grave Florens zelfs (g)maar ik vinde ook een vonnisfe van dien tyd, gewezen van de gezworens die wonen bewestenfchelde en beoostenfcheldeby den Heer van mie ris in het groot Charterboek ID. p. 501. XII. De voorzitter in dit gerechts hof was de Graaf zelf, of zyn ftedehou- der, de burggraaf, of een bailliu door den Grave aangefteld, op wier maninge de vonnisfen gewezen werden: deze bailliu of ftedehouder moest een edel man zyngelyk ook de gezworensde- wyl zy over edelluiden te rechte moes ten zittenwant het is bekenddat nie mand behoefde te rechte te liaan dan voor zyn evenknie, dat is, die gelyk met hem ftondt in geboorte. De bailliu werdt oudtyds gezet voor drie jaren (h), naderhand fchynt de ftedehouder die in de plaatfe van den bailliu gekomen is aangefteld te wezen voor idere reis dat men vierfchaar hieldt (i) De latere Graven ftelden boven dien eenen fchout aan, (h) Ibid. 2. (i) Keure van Zeeland. 1495. C. I. 3, (g) Keure van Zeel. van 1290. 4.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 150