DE HOOGE VIERSCHARE. lOI dinge maken om eenig denkbeeld te ge ven van dezen Grafelyken Raad. XXIV. Het lydt geen tegenfpraak, of de Graven hebben altoos hunnen raad van regeeringe gehadt, wiens oordeel zy gewoon waren in te nemen in alle zaken van eenig aanbelang, en waar van zy de leden zelfs aanllelden en be- ëedigdengelyk uit de voorbeelden en formulierennoch voor handen zynde ten allerklaarften blykt (I). Zoo lang nu de regeering aan Vor- flen uit het Hollandfche huis was, hadt men maar éénen raad van Holland en Zeelandbeftaande uit de voornaamfte edelen van beide die landfchappen; maar naderhand deze landen met Hene gouwen onder één hoofd gekomen zyn de, hadt men drie raadscollegiendie ider hare byzondere beftellinge hadden zoo vindt men fomtyds myns heer en raad ge or dineert tot de faken van Henegouwen of fomtyds van Hollandook wel van Zeelandegter wanneer het pas gaf, of de nood vorderde, vergaderden deze G 3 drie ^1) Groot Chart, hock 1 D. p. 511. en IV T>. p. 93p, 951.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 169