io4 L. P. VAN DE SPIEGEL OVER behalven die ftukken, blykt dit ten klaarden, uit eene uitfprake door Her toge Aalbrecht van Beyeren met zyne raadsluiden van Henegouwen, Holland en Zeeland daar toe ontboden zynde, gedaan in het jaar 1358 (x), als mede uit eene diergelyke uitfprake van den- zei ven, in het jaar 1360 gedaan te Mid delburg in tegenwoordigheid van zynen rade van Zeeland (y), en vooral uit zc-odanige gevallen, in welke partyen, omisjo medio, de gefchillen aan den Grave en zynen rade verbleven hadden, waar van ik onder andere voorbeelden, alleen aanwyze het groot Charterboek IID. p. 20, 171, 172 en 252, welke gevallen Zeeuwfche zaken warenen in Zeeland ui gefproken, en wel fommi- gen in een' tydwanneer volgens de keure, de hooge vierfchaar hare bepaal de zittingen ook hieldt. Men kan hier ook by aanmer ken, dat zelfs in den grootften bloei der hooge vièrfcharealle gratiënabo- litien, pardonnen, privilegiën als mede bevelen en verboden, anders manda- mentenen interdicten genaamd, van den Gra- (yIbid, UI D. lip, (x) Chartsrb. IJl D. f. JÖ,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 172