'128 A. LIEFTINCK OVER 'T VERSTERKEN $11. De vermaarde coehoorn is van gedachten geweestdar ieder figuur die men verkiest te verfterkenvan den triangel tot de plat e linie incluishaare byzondere werkinge vereischtom aan de binnen en buitenwerken eene volko men fterkte te geven (a).Anderendie uit vreemdeengelyk zy meenden uit mathematifche grondbeginzelen het fa- menftel van den vestingbouw poogden af te leidenhebben vastgeftelddat men volgens eene verfterkings methode, wel ke zy voor de allervol maakfte hielden, alle lieden moeste verfterken, en zy maakten daarom ook geene zwarigheid om algemeene verfterkingen in het ligt te geven.Anderenminder gewoon om uit de natuur der zaken te reden ka velen en ik weet niet door welken drift tot nieuwigheden aangefpoordhebben alleenlyk in fommige proportien der ver- fcheidene deelen, en verfchillende be- fpiegelingenwelke met de vestingen niets gemeens hebben, eene algemeene volmaaktheid eener verfterking gezocht. Om (a) Ziet de verjlerkinge des vyfhoeks met alle zyne bui tenwerken door m. van coehoorn en aldaar in de '-■voorreden den eerften grondregel.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 196