132 Ai LIEFTINCK OVER 'T VERSTERKEN tegen het verdedigend vuur uit grof ge- fchut en klein geweer lichtelyk zouden konnen bedekken. IX. In tegendeel, wanneer men de zelfde verfterkingop een verhevener horizont zeer voordeelig aangelegd, aan een lager grond wilde applicerenmen zoude de gracht niet die breedte geven welke zy daar overeenkomftig deszelfs oogmerk konde hebben. X. Indien derhalven de vestingen, op een hooger terrain aangelegdgeene breeder grachten gedogen, dan kan men ook van de bres-flancquen dat gebruik niet hebbendan wel in gevalle van een waterachtigen horizonthet zy ten op zichte der tegenoverleggende facen van de naast aanleggende bolwerkenhet zy om de grachten te verdedigen, wel ke dezelve omringen. Dies fchynt het my raadzamer om fotuwylen de bres-flancquenweg te la ten, en in derzelver plaats de Jlrykflanc- quen liever met des te meer voordeel aan te leggen» Veel

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 200