WERKENDE NATURE. 229 die zegt, dat alle lichamen door hunne kragt van zwaerte naer het middenpunt der aerde vallendoor hunne kragt van traegheid wederftand bieden, en niet in beweging komen, dan beweging mede gedeeld zyndedoor hunne kragt van aentrekking naer eikanderen naderen; uitdrukkingen, aen welken zich geen verftandig man ergert, en die aen nie- mant, die wel denkt, eenigen zweem van ongeloof geven. De Geneesheeren ookaen zuivere redeneringenuit vaste proeven afgeleid, gewoon, laten zich niet licht door vooroordeelen en losfe overleveringen verblinden. Zy houden daerom fpokentoveryenwaer- fchouwingen en derzelver werkingen op den mensch voor uitvindingen van zwak ke harsfenen 'tzy om het gemeen te vervarenof met het wonderbarenaer het welk de mensch zulk een trek heeft, te vermaken, om dat zy in de lotge vallen der menfchendie het voor naamst onderwerp hunner befchouwin- gen zyn, niets ondervinden, dat hen door zulke bovennaturelyke dingen be- fchadigt. Hier door echter verzwakken de Geneesheeren alleen het bygeloof, en beledigen de Godheid in geenen dee- P 3 le,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 299