'268 B. TIEBOEL OVER DE
bruin van kleur; fmakende naar Kina
doch weinig bitter.
Dat van B was veel dunnerlicht geel
achtig bruinen was byna fmakeloos.
Op beide deze afkookzels lag een
naauwlyks merkbaar vliesje. Dit was
daar uit ontflaanwyl menby de uit-
persfmg der Tinctuurallen Spiritus 'er
niet zoo volkomen kan uitpersfenof
'er blyft noch altoos iets aan de foeces
vast zitten. Schoon nu wel by de droo
ging dezer foeces de Spiritus wegvliegt,
laat ze ecbter de by zich hebbende
harstdeeltjes gedeeltelyk in de foeces te
rug, welke zich nu op de oppervlak
te van het waterig afkookzel vertoon
den.
Na dat deze beide afkookzels door
ftilflaan helder geworden waren, nam
ik van ieder 2 oneenen liet het vocht
in porceleine fchoteltjes langzaam af-
dampen.
Van A bleef over een bruine, half-
xloorfchynende korsthier en daar met
eenige weinige bruinere harstachtige
flipjes. Deze zeer dunne korst was bit-
terachtig, gomachtig, en zeer taay.
Die van B was ook half doorfchynen-
dedoch meer geelachtigen eenïgzins,
als
1