sSo e. bomme over de
het lezen der keurige en aangenaam®
Natuurkundige Uitfpanningen van den
geleerden en wyd-beroemden ba ster,
als door Deszelfs byzondere aanmoedi
gingen op eene verplichtende wyze aan
my fchriftelyk gedaan. De gunftige
legging van myn buiten-verblyfals na-
by het zee-ftrand zynde, gaf my daar
toe bekwaame gelegenheid. De be
trekking welke ik heb tpt het Zeeuwsch
Genootfchap, en myne belofte by een
vorig bericht gedaan verplichten my
om 't gene ik omtrent de Polypen waar
nam thans by aanvang ftukswyze mede
te deelen.
In den na-zomer van het jaar 1768 ge
lukte het myop myne buitenplaats
een tamelyk aantal van Arm-Polypen en
Pluim-Polypenbenevens zeer vele In-
feClen tot de bastaard Polypen behooren-
de, in het zoet water te vinden, doch
die door anderen, hier boven gemeld,
zeer naauwkeurig zyn befchrevengelyk
ik door eigen ondervinding kan bevesti
gen. Dit wekte my op om ook de Zee-
Poiypen op te fpoorenwelke ikin 't
begin van wynmaand deszelfden jaars,
het visfchen op ons zee-ftrandge
luk-
i '3