zee-polype n. 283 ralynen hoorngewasfen korstgewas- fenfponsgewasfen en coraalenen we gens hunne gedaante in blaasachtige pypachtigecelachtige of in leden ver deelde coralynengelyk de Heer ellis, in zyn werk over de coraal-gewasfen zeer fraay heeft befchreven en afgebeeld. Genoegzaam alle deze Polypen zyn zeer klein, en vele niet wel zichtbaar als door vergrootglazen. De zoet-water pluim- of vederbos-gelykende Polypus heeft met dit foort ook veel overeen komst. Het andere foort van Polypenzonder celletjes of huisjes, is doorgaans grooter, en breidt zich uit tot byna de grootlle fchepfelenwelke zich in de zee bevin den. Dezen hebben de meelle over eenkomst met ó.QArm-Polypen in het zoet waterdoor den Heer trembley ont dekt en befchreven. Myne waarnemin gen hebben zich meest tot het eerfte foort, de huisjes Polypenbepaald. In het algemeen heb ik bevonden, dat zy een wortel hebbendie in fommigen penachtig in anderen plat rond of ovaal isvoorts een of meer takken ftammen die wederom verfcheiden' uit- fchie*

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 353