navel-breuken. 333 drie en een halven duim, en deszelfs leng te gelyk aan de lengte van den Gordel. Aan de buitenfte oppervlakte derzelver, niet verre van het ééne uit-eindewor den twee gespen H. en op gelyke hoog te aan het ander einde twee kleinere riemt* jes I. gehechtwelke met gaatjes door- ilagen zyn, en in breedte met de groot te der gespen ©vereenftemmen. De onderlinge vereeniging van deze drie byzondere hukken moet dus wor den ingericht; In het midden van den zoo even gemelden riem aan deszelfs binnenfte oppervlakte, wordt de groote plaat van het koperen werktuigje door eene krings-wyze naad vast gehechtwel ke overeenftemt met het beloop der gaatjes in deze zelfde plaat geflagen. Dit werktuigje vervolgens door de mid den opening des Gordels gedoken zynde vereenigt men deze met den riem door eene andere naad, de vorige op éénen kleinen afftand omringende. Hierna vol eindigt men den gantfchen toeftel, door het binnen gedeelte des Gordels te be- kleeden met zacht zeem-leder. Bv de aanlegging van dit werktuig plaatst

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 405