GEBREK VAN HET DYEBEEN. 345 kingen zal maken, meenende, dat, uit onderzoek van mislukte gevallenzeer veel licht tot gelukkiger beoeffening van de Geneeskunde kan voortkomen. Ik heb dan op de dye laten leggen een emplde rancum mere, en heb inwendig doen gebruiken den mercurdulc. dien ik evenwel niet dan tot één gryn om den anderen dag hebbe kunnen gevenwe gens de blyken eener aannaderende kwy- ling. In de maand Januarij des jaars 1767 heb ik begonnen te befpeuren onder de opperhuideene oneffene ver gadering van eene dunne waterachtige ftoffedie ook hier en daar uitfyperde en de aderen van de huid begonden fterk op te zwellende pyn met de koorts en de zwakheid toenemende, vonde ik ge raden den mercur. didc. na te latenen fchreef het extract, cicuta voor't welk door een kundigen Apotheker toebe- - reid, zy heeft begonnen te gebruiken tot 8 grynen 's daagszoo echterdat ik dagelyks de gifte vermeerderde, en over dag liet ik de dye ftoven met eene folutie van ammoniac-zout in water, ter- wyl 'er 's nachts wederom opgelegd wierdt het empl. de rancum mercur Y 5 Op

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 419