lykniet lang geleden, van iemand gedaan
is. PoèYifche welfprekenheidkan inde-
ze eewe en noitby onbevooroordeelden
tegen den ontegenzeggelyken aandrang
der eenvoudige en zuivere Redeneerkun
de opwegen.
XIV. Zoo dra men de Propheti-
fche Historie volledig zal hebben opge
maakt; en, die na een herhaald en on
bevooroordeeld onderzoekbevonden
zal hebben met de Godfprake, in alle
deelen, over een te Hemmen, behoeft
men zig ook vervolgens niet langer aan
de bewoordingen der Godfprake te hou
den. Want nu is die Prophetifche His
torie de Godfprake zelve, 't Zalby
voorbeeld, niet noodig zyn de benamin
gen der volkeren en landfchappen te be
houden, of naar Philijlynen Ammoni-
tenen Moabiten om te zien en naar
andere barbaren, welke naderhand,
wanneer men de vervullinge der Pro
phetifche Historie met eenige gevoeg-
gelykheid zou kunnen wagten, of niet
meer in wezen zynof ten minften on
der die benamingen, als onderfcheidene
volkerenmet geene mogelykheid meer
kunnen voorkomen. De Genealogifche
en
PROPHETISCHE HISTORIE. 381