XXXIX In dit tweede deel der Verhan delingen heeft men, even als in het vorige, getracht, lezers van ver- fchillenden fmaak eenig genoegen te geven door het doen drukken van zoodanige verhandelingen, die van eenen onderfcheidenen aart zyn.— Een Godgeleerde zal hier aantreffen den arbeid der Heeren van iperen over de Prophetifche Hi/lorietjeenk over de Heili ge Actrdrykskunde en de vries over den plicht van Hriendfchap in het Euangelie nadrukkelyk inge- fcherptgantsch anders als de Graaf van Schafteshury oordeeldeeen der gevaarlykfte vyanden van de Openbaring, nademaal alle pylen, die hy fchietvan eene hand voort komen welke voor eerbiedigbe- fcheiden en gematigd wil gehou den worden,De Genees- en Heel-kundigen kunnen zich verlus tigen in de verhandelingen der 4 Hee«

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 45