merkelyk veranderd was, onder Nebu- cadnezar en vervolgensom dat de in val der Oosterlingen, by ezechièl be dreigd, vooral op Beth JeJtmoth en Baal Mean gemunt was ftedendie in de be dreigingen van jësaïas en jëremias geene de minde annmerkinge verdien den. Daarenboven leert onfc de Zoon van Buzi nog, dat Moab door de jOos- terlingen niet geheel verwoest is gewor den gelyk Ammonen zelf zoo niet gehavend en geteisterdgelyk door Tiglat Pilnezeren de Asfyriers, volgens de Voorzegginge van AM ós (y) te vo ren gefchied was. XXIX. De Prophetifche Historie allengskens, op dien voet welken wy hier gevolgd hebben, tot meerdere vol maaktheid gebragt Zyndezal eindelyk de proeve der allerfcherpfte Oordeelkun de Criticadoorllaan kunnen; en de Prophetifche Boeken zullen dus, met den tyd, inprys en waerde ftygen, om dat men die, dusdanig behandeld, als zeer eenvoudig en duidelykverftaan en tot de vervullinge overbrengen zal. Zy, C c 4 die (y) Amos II: x—3. PRO PHËT'IS'CHÉ HISTORIÉ. 40^

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 483