42O C. DE VRIES OVER DEN Pylades en ondertusfchenwanneer men hunne opgefmukte historie maar enigzins bedaard naargaatzal men naauwlyks weten te zeggenwie van bei den deze Helden den onnatuurlykflen rol fpeelde, of de zinneloze Orestes of de onbezuisde Pylades, die zyn geflagt en vaderland verliet, die deugdeer en het regt der volkeren ging opofferen ten behoeve van enen Moedermoor der en die eindelyk dwaaslyk zyn leven aan bood voor iemand, die het zyne door een zamenloop van euveldaden meer dan eens regtvaardig verbeurd hadde. Hoehadden de vriendenhadden de medeburgers van Pylades geen groter regt op zyn leven, en op zyne goede dienden, dan de fchuldige en dolzinni ge Orestes was hy verpligt, was het hem geoorloofd, ten behoeve van enen enkelen perfoononderfleld zynde zelfs, dat hy volmaakt Jchuldeloos wareopen baren diejftal en heiligfchennis te be gaan?zal men dergelyk ene dolheid den naam van vriendfchap geven? niets is ongerymder voorwaarniets zweemt meer naar dweepzugt en geestdryvery. Indedaad deze buitenfporige vervoerin gen van driftwelke jnen zo hoog ver heft

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 498