PLIGT VAN VRIENDSCHAP. 425
dienenjuist genen (zo genoemden)
hartvriend aantreffe
Zo dat afzonderlyke vriendfchap
ene fpaarzame en toevallige zaak fchy-
ne, die derhalven niet algemeen konde
aangeprezen worden.En behalven
dit, konde zulks van kwade gevolgen
geweest zyn: want, het gros der men-
fchen het voor een pligt van Godsdienst
rekenendeen een noodzakelyke tak van
verheven deugd, konde dus aanleiding
gegeven zyn, om onbedagtzame en nade
lige verbintenisfen aan te gaan, die, in
plaatfe van vrede en heil, verwarring
en twedragt voortbragten. Indedaad
het menschdom had altyd ene natuur-
lyke neiging tot afzonderlyke vriend
fchap, zo dat 'er meer redenen waren
om te vrezen voor misbruikdan ver-
zuim in dit huk.altyd waren 'er vriend-
fchappen genoeg in de waereld; maar
vriendfchappen helaas! die, infledevan
op deugd en eer gegrond te zynalleen
uit grilligheid en wuftheid voortfproten,
uit ene overeenkomst van misjelyke en
eigenzinnige ge aarthedenuit belang en
eigenbaatzo dat het eer nodig fcheen,
de bekrompene en kwalyk geplaatfte ge
negenheden der menfchen te keer te
Dd 5 gaan,