DEN DRACUNCULUS. 461 kniën en elleboogen wormen te voor- fchynde verlamming hield open hy werdt volkomen genezen. Een matroos klaagde van eene fterke jeukte, en pyn aan de buitenzyde van den regter enklaauw, zonder eenige de minfte koortsIk vond op die plaats een blaartje; en na dat ik het zelve hadde doorgeknipt, en een weinig wateragtig vogt ontlastbediende ik my van week makende pappen, 's Anderen daags ont dekte ik den zoogenaamden baard van den worm, by welken ik denzelven naar buiten wilde brengendog dit was ondoenlykik verbond derhalven als vo ren. 's Daags hier aan, wond ik dien baard op een Hokje van gerold pleister en 'er volgde een gedeelte van den worm: deze oprolling herhaalde ik dagelyks, en binnen tien dagen werdt de geheele worm uitgehaald. Een ander matroos kreeg een ontfle- kingen hevige pyn in den flinker voet hier op liet ik een verzagtende pap leg gen 'er volgde ter plaatze van de voet zool een ettergezweldat ikzoo haast het zyne behoorlyke rypheid bekomen

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 539