heilige aardrykskunde. 5lï
befchuit op zynde) alleen van fchapen-
vleesch te levengeduurende het overi
ge zyner reize door die woestynedoch
zy rekenden dit voor geene groote zwa
righeid door dien het uitftekend goed
washy laat daar op volgenhet is ook
grootelyks te verwonderendat het vee,
onaangezien de barre gedaante van deze
onherbergzame vlaktein zulk een goe
den toeftand isen voornamelyk de fcha-
pen. Het kort grasdoch op meenige
plaatfen dun gefpreid, moet zeer voed
zaam zyn. Natuurlyker wyze zal zulks
voortkomenuit de luchtftrekeen uit
de aarde, welke hier over al (o) falpe-
terig is; gelyk klaar blykt uit de korst
van zoutrondfom de kanten der Mei-
ren en Poelen, en den fmaak des wa
ters, dat in de bronnen en putten ge-
gemeenlyk brak is. della valle
vondt
(o) A Defcription of the East by R. POKOCKE^/. I.p.lQJ,.
"Where the nitre abounds very much, there
are frnall lakes on the low grounds, after the wa~
ter has evaporateda cake of fait is left on the
furface, which is gather'd for ufe, I have feen
the beast often eat the very earthwhen they
find it is mix'd with the fait, which fometifnes
appears on the ground like a white frost. It is
thisSt the rich quality of the earth, which is the
fediment of the water of the Nile, that makes
Egypt fo fertile&c.".
