HEILIGE AARDRYKSKUNDE. 525 waarin zy rondfom van zich kunnen af zien. Zyn zy meesters van lieden zy willen zich daar in niet ophoudenmaar zien de kajleelenJierktens en fleden als zoo veel ftrikken en netten aan, waar in de menfchen gevangen worden (k). Hun ne legplaatfe is met geene muurwallen graften of pallisfaden omringdzy wil len niet ingefloten zyn. En hoe wel zy ook hedendaags met de Turken en hun ne nabuuren haan, vreezen zy echter altyd van den enen of anderen overrom peld te zullen worden. De Turken zien hen met fchele oogen aan in een land waar van zy voorgeven volftrekt mees ters te zynen zoo zy die gantfche na tie konden uitroeyen, zouden zy zich daarop geen ogenblik bedenken, noch daar toe enen byzonderen last van de Por te inwachten, wel wetende dat zulk ene daad, zoo ze kon ter uitvoer ge- bragt wordende volle goedkeuring zou de wegdragen; want de Arabiers zyn hun een doorn in den voet, waar van zy zich zeer gaam zouden ontdoen wil len: dan dit is niet wel mogelyk, als die, op den aantocht van een groote heir- (k) Memoires du Chevalier d' AR.VIEÜX, torn. III. p. IÓ2. 168. 169.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 601