5£2 justus t je enk. over de en- grasryk. Nu is het niets ongewoons de Schrift te hooren gewagen van fcha- duwryke bosfchen op het gebergte, bly- de heuvelen aangegord met verheugin- ge, koele en verkwikkelyke hoogten vlie tende van melken kudden die de velden bekleeden en het gras op duizend ber gen affcheren. Ook onderricht ons de Heer hasselquist (r) dat alle de ber gen van ffudaa van ene middelmatige hoogte zyn, en Br. shaw (s) teekent aan, dat in zyn tyd de bergen van Ju- daas {lamme meer dan de valleyen be woond werdendat zy met {truiken en een kort doch aangenaam gras bezet wa ren waar op het kleine vee meer dan op het gras der braaklanden en beemden verlekkerd was, het geen ook hun vleesch niet alleen geuriger en voedzamermaar ook hunne melk en hun zuivel veel lief- felyker en overvloediger maakte. Blyft'er in oorlogstyden en harde ver volgingen maar een hand vol volks ten platten lande overigen vlugten de meeste en welgeftelde opgezetenenter hunner veiligheid en verzekeringe met hunne til- (s) Travels p. 338. en vergel. Matth. XVIII. 12. (0 h. j. ei-leuning, Qrientalifche repf. bl. 218. (f) Reive ne.ch Palaejlina. bl. 148.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 668