OÜDHEDEN VAN ZEELAND. 29 haver en gerst gekookt, hetvleesch van wild en tam vee (r)doch voornaamlyk zullen de inwoners van dien tyd hun meeste voedfel uit de zee gekregen, en hun leven met visch, en de eyeren van water-vogels onderhouden hebben, ge- lyk de geteldheid van dit land toen me- debragt (s). Hun gewoone drank was een kookzel van water met gerst of ee- nig ander graan, niet ongelyk aan ons bier, en, naar hunnen fmaak, voor wyn vertrekkende (t). De huwelyken werden eerst in hooge- ren ouderdom, dan by ons, aangegaan, wanneer de wederzydfche huwelyksgif- ten voornaamlyk in oorlogs-wapenen be tonden. Men telde een hoogen prys op de meenigte van kinderendie aan geen meiden of voedters werden toebe- trouwd, (r) TACITUS de M. G. c. XXIII, CJESAR deB.G.Lib, IV. c. 12, VI. 22, 23, PLINIUS Lib. XVIII, c. XVII XL1V, POMPONIUS MELA Lib. Illc. III. (s) Confer plinium Hip. nat.L. XVI. c. 1, cai- sar em B. G. IV. io ubi Ocea?io adpropinquat (Rhe- nus), in plures diffluit partesmultis ingentibusque infulis effettisquarttm pars magna a feris barbarisque nationibus incoliturex quibus fuutqui piscibus atque ovis avium vi~ vere exif imantur. CO TACITÜS de M, G. c. XXIIIibi ERjïESTIC

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1771 | | pagina 97