ÏN DE ZEE-DYKEN. 13 fchulpzand minder het water, in des- zelfs vloeibaar of verplaatsbaar maken de kragt, enwryvinge, kan wederftaan, dan de vaste derryof kley-ftoffen. Gelyk al mede, ten derdengenoegzaam zeker is, dat de aardkloot, immers zy- ne by onstot ons oogmerk in dezen diep genoeg bekende oppervlakte, op veele plaatfen als doorflingerd is met wa ter-aders en wellendienaar ons be grip onregelmatig, niet alleen perpendi culair ten opzigte van onzen ftand, maar ook fchuins en horifont aal, door denzelven heen loopen, en welke waar- fchynelyk moeten geformeerd zyn, en worden, door buizen of aders, uit los- fer en meer doorlatende ftoffen beftaan- de, dan de ter zyden en rondfom liggen de gronden zyn. Hier toe ftrekke ten preuve de daag- lykfe ondervinding der gravers Waar van andersdie dikwils gebeu rende fchielyke opberftingen van zulke water-aders, die men wederom kan ftoppen, en ter zyde dieper graven, zonder water te krygen, en welke aders, by afftekingewanneer zy fchuins of bmjontaal loopen, door dqn toevloed van

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 107