32 B. NEBBENS OVER DE VALLEN onderfcheidene ftoffe, 't zy regelmatig of nietfamengefteldom dathet water genegen zynde tot ontlastinge van zyne medegevoerde ftoffendie ftoffenieder in haar foort, naar haare zwaarte, zig by den anderen voegen, en als gelykelyk zakken, namelyk in haar rang, als eerst de zwaarfte, en dan vervolgens de min zwaardere. Wie weet niet, dat de gronden van de Provincie Zeeland als doorflingerd zyn met zoute, en zoete water-aders, bui zen of wellen, die niet alleen perpendi culair maar ook fchuins, en horifon- taaly het aardryk doorkruisfenen wel ke zekerlyk uit meer doorlatende ftoffen moeten geformeerd zynzoo als hier vo ren is gezegd Bewyzen hier van zyn de meenigvuldige daaglykfche gevallen van ontfpringende water-aderszoo van zoet- als zout-water: ieder boer, ieder ar beider, in die Provincie, zullen geheele aantallen van toevallige proevenen on dervindingen daar van opgeven. Ieder metfelaar, of gravers van fteen- of wel-putten, zullen ons zulks, met velerleie omftandigheden daarby, vertel len, en naar waarheid bevestigen, waar van

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 126