36 b. nebbens over de vallen grondbraken, werdt gelegd, en eigen handig gemaakt; dog die nu al mede niet verder (gode zy lof!) van nut zyn behalven om de nagedagtenis van het plaats gehad hebbende gevaar, ook door vallen en dykbrakente bewaren. Ondertusfchen zal ik by deze gele genheid zeggen, en aanmerken, dat de oorzaak dezer veranderinge, en verloop der ftroomen en tyen met derzelver uit werkingen, een gantsch ander onder werp tot onderzoek isen misfchien ee- ne niet minder nuttige vraag voor de Provincie Zeelandzoude uitleveren; dog dit in 't voorbygaan. Vindt men zulke vallen of grondbra ken wel aan den door zwaare zeenen harden flag van water gefolterden ge beukt wordenden Westcappeljen dyk Immers neen. En waarom niet de reden daar van is uit het reeds gezegde gemakkelyk op te maken. Zyn niet de meeste plaatfen, alwaar men die fchadelyke vallen en grondbra ken in de Provincie Zeeland thans moet ondergaande eilanden van Schouwen Du'welandy Zuid- en Noordbevelandge- lyk ook eenigzins aan de Noordzyde van

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 130