40 B. NEBBENS OVER DE VALLEN
genoemd worden, of hy, volgens de
leiding van zyn onderwerp, moest zeg
gen dat 'er vallen en grondbraken
voornamelyk in Zeelandplaats hebben.
Is de ftöf het niet waardigof zoude
het te laag zyn, zig met een ruwen, en
eenvoudigendog niettemindoor ver
tellingen en overleveringen van groot
vader, vader, en natuurlyke dagelyk-
fche ondervindingen, ervaren dykwer-
kerin te latenter bevorderinge van
het pryswaardig doelom het gantfche
Menschdom, immers zyne landgenoo-
ten nuttig te wezen
Het eerde deel afgehandeld zynde,
ga ik over tot het tweede deel der vraag;
Op welke wyzen konnen dezelve vallen
of grondbraken, best voorgekomen wor
den?
Tot welks beantwoordinge ik vooraf
tot een grondflag zal leggen de noodza-
kelykheid tot een dagelykfe naauwkeu-
rige infpeClieen onderzoek der waterin
gen, en Jituatien derzei ver, zoo in op-
zigt der gedeldheid van de oeversdof
fe, en grond, legginge, drekkinge, den