IN DE ZEE-DYKEN,
59
aantooning, hoe ieder deel moet wor
den toegefteld, want 'er werdt tot dies
kundigen gefproken.
Ziet daar, kortelyk en in 't alge
meen naar myn vermogen en 200 veel
de tyd my toeliet, beantwoord, en,
myns oordeels, opgehelderd de voor-
fchrevene vraag, welke aanleiding gaf
tot het onderzoek van zaakenvoor de
Provincie Zeeland in 't byzonder zoo
nuttig en noodzakelyk, en met welks
voorstelling het Zeeuwch Genootfchap
der Wetenfchappen by alle regtgeaar-
te Zeeuwen eenen uitnemenden lof ver
dient.
Ik hope, dat myn werk den Lande
niet ondienftig en den Lezeren niet on
aangenaam zal bevonden worden; dat
meer verligten, dan ik, met hunne
meerdere kundigheden in dezen, aan
het Gemeenebest wezentlyken dienst
zullen doen; en dat ook de yver, de
liefde tot het Vaderland en de zucht tot
bevorderinge der kunften en wetenfchap
pen, waarmede het Zeeuwsch Genoot
fchap