ÏN DE ZEE-DYKEN. 87 nadien deze beweging zoo lang zal aan houden, tot dat het water ter hoogte van den dam gerezen is, maar dan de vloed van O langs M na AB zal loo- pen zoo zal de Tlreek dezer beweging lynregt tegen de voorige ftrydendat dus veel draaijvloeden tusfchen den dam FI en AB moet veroorzaken, en dit ge voegd by de voorige dubbelde fnelheid zal beide en den dyk AI en de plaat by B geen gering nadeel toebrengen. XXXVI. En als het nu hoog wa ter is en de eb begint, dan loopt het water dat hooger als de dam ftaat van A B langs M en N na Oen ter hoogte van den dam gevallen zynde, gaat de eb eerst by O en vervolgens by M en N dog den verderen doortogt nu door den dam afgefneden zynde, loopt het water van F I met een groote fnelheid na AB te rug, alles wegflepende wat de vloed 'er had ingebragt, en van den dyk en plaat afgefchuurd, deze ftroom zig vervolgens met de voorby loopende eblangs N vereenigendevalt door den meerderen ftilftand in het vak OMP met een groote kragt op den dyk by P aan zoo dat door deze legging van den dam, F 4 zoo

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 181