138 J. ERMERINS OVER HET
TWEEDE HOOFDSTUK.
De oorlog met de Proteftanten in
Duitschlanden de meer en meer 'toe
nemende geneigdheid der landzaten tot
de leer van Calvin en Luther, deed den
Keizer ,meer dan voorheen, op de ver
zekering en verfterking dezer landen be-
dagt wezen, en zal ook, onder ande
ren de aanleidende oorzaak der {lich
ting van dit kafteel Ao. 1547. zyn ge
weestwanneer Koninginne Maria
Gouvernante der Nederlandenin len
temaand dezes jaars uit Vlaanderen te
Vlisjingen aanlandende, de noodige be
veel en tot den aanvang van dezen bouw
zal gegeven hebben; want op den 2 9. A-
pril deszelven jaars, werdt AJerent Jansz.
Boom, Dykgrave van de Zuidwateringe
van wegens den Keizer aangefteld tot
principalen toejiender Commis/aris ende
Superintendent van de werckenblockhuy-
zen ende Jlerckten van Walcherenmet
volkomen macht en bevel, dezelve te
doen maeken voirderen en volbrengen nae
vuytwyjende van de patroonen enz.
I
OPBOUW VAN RAMMEKENS.