210 H. VAN WYN OVER EÉN toekennende, men dierhalven niet vast befluiten kandat die Bisfchop noch in 855 op den ftoel zat, en dus dat alftond het vast dat Hungerus dertien of meer der jaren't kerkbeftuur gehad haddie zelfde Hungerus niet in 866 zou kunnen overleden zyn. - Ik zeg, men zou zulks niet kunnen be fluiten, al Jlpnd het vast dat Hungerus i£ of meerder jaren geregeerd hadna- menlyk ik heb het oog op één enig fchryver, (en mooglyk heeft de belee- zene Furmer.ïus op dezen gefteund) die Hungerus waerlyk dertien jaren toe- fchryften dit is de opfteller van het zoogenaemde magnum chronicon Belgi- cumof groote Hederlantfche chronyk. Laet ikzonder my nopens 't gewicht van dezen fchryver op te houden, echter maer alleenlyk zeggen mogen, dat het aen- merklyk is dat deze fchryver die d'enig- fte is welke met Furmer het 13 tal heeft indien hy beflisfchen kon, als dan de zaek tot ons voordeel beflisfchen zou: Namenlyk,na verhaeld te hebben (e) dat Ludgerus in 846 op den ftoel klom, en die acht jaren in bezitting hield, doethy VOl- Ce) Chron. M. B. fol, 65. apud P/floriuw {«dit, Struv.) Per. Germanic,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 304