2So j. OOSTERDYK SCHACHT OVER de voorgekoomen zynik na aandagtig on derzoek zoo een oorzaak meende ont dekt te hebbendie naar myne gedag- ten andere geneesmiddelen vereischte. Ten tweedeom dat ik zeer geringe gedagten had van een middeldat voor ieder dojis zoo een geringe quantiteit van de Saccharum Saturni bevatte, mitsga ders maar zes droppels van de Spiri tus Nitri, en dat nog gemengd met het vogt, waar mede het ingenomen wordt. Evenwel, fchoon ik het om deze ree den niet gebruikt hebbemeen ik grond genoeg te hebben, om het zelve ter toet- fe overtegeevendewyl men door de ondervinding weet, dat ongemeen klei ne giften van mineraal-middelen niet zelden ongemeen groote uitwerkingen doen, waar van men veele voorbeelden zoude konnen bybrengenen waar van men in de L ma fixata Ludemannidoor den hooggeleerden Heere gaubius on langs bekend gemaakt, een versch be- wys vindt, Ten derde: om dat ik reeds van 't be gin myner konstoeffening een groote be kom-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 374