fcEE-lNSECTEK. 3Öf de radertjes naar binnen, en het fluit zich, alles voor een korten tyd, dicht in den fchulp. Dit diertje fchynt zich veel te ont houden by de eijertrosfen der Slakjes, die het wellicht en zeer waarfchynlyk tot voedfel gebruikt: het is afgebeeld, fterk vergroot, by Fig, 5, letter A en B. en wel in tweederlei ftandde eene op zy- de by letter A. men ziet in den doorfchy- nenden fchulp, die als een zak is (zoo als ik ftraks gemeld hebbe), het lichaam van het diertje van een trechtersgewyze gedaante, die van ónder puntig is doch aan 't bovenfte gedeelte breeder uitloo- pende, en zich in twee fnuitjes verdeelt, aan 't einde van welke de genoemde radertjes zich bevindende andere by letter B ziet men fchuins van boven in. Ik heb dezelve in een redelyk groot aan tal by elkander aangetroffendoch kon- de ze niet lang in 't leven behouden aangezien dezelve al zeer fchielyk ver minderden en onzichtbaar werden. Ten 2. Het Zee-rader diertje met vier radertjes Behalven het zoo evengemelde foört V 2 Van

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 401