KEIZERL YK E SNEDE. 351 géven, en dat de gemaakte wonde door de kunst gemaklyk kan genezen worden, indien de vrouw in 't leven blyft. Ten ergften genomenal had de Ope rateur, in eene vrouw, die voor dood gehouden wordt, niet alleen de buikbe- kleedfelen maar ook de lyfmoeder door- gefneden, en het kind daar uitgehaald, eer de lyderesfe teekenen van leven gaf de wonde is dan daarom niet doodelyk noch zoo gevaarlyk als men eertyds wel heeft gedachtwyl het door veelvuldige ondervindingen is bekrachtigd gewor den dat men in levendige vrouwen de Keizerlyke Snede meermaalenja zelfs in eenige by herhalinge, gelukkig onder nomen en door dezelve zoo wel doode als levende kinderen heeft uitgehaald. Een Heel- of Vroedmeester moet de Keizerlyke Snede op eene doode vrouw altoos volgens de regels van de kunst in °t werk (lellenen met dezelfde inacht nemingen als of de vrouw leefde, om zich daar in te oeffenen. Maar wanneer 9er by zoo een geval niemand van de kunst tegenwoordig is, of niet fchielyk daar by kan komen, behoorde iemand van de omftanders deze künstbewerking te ondernemen, en zoo haast als moge-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 447