waarneeming. 447 ling genoegzaam gered werd, dezelve nu langzaam op te beuren en te onder- fteunen: ik ftond derhalve een weinig meerder voèdfel toe, laatende van uur tot uur eenkoffykop met Vleeschnat aan de Lyderesfe geevenen fchreev haar een Julapium voor, waarby ik het Extrac tum Corticis permiani voegde. Dewyl de Mond, Keel en Tong, door het ge- ftadig kwylen, ontvelden pynlykwaren gav ik haar ook een mondfpoeling uit de SalebAlthéaSymphytum en Arabi- fche Gom bereiddezelve bragt de Ly deresfe zeer veel verligting vanpyn aan en verzagtede alle de ontftoke en ont velde deelen grootelyks. De Kwyling hield gefladig aan, dog egter zoo, dat dezelve van dag tot dag verminderdeen de Lyderesfeby tus- fchenpoozingen, ook eenige uurenagter een konde rustenalle de toevallen na men zigtbaar af, en de Lyderesfe werd ook van de Koortsdewelke het langfte, dog egter geftadig verminderende aan hield op den 23. Maart geheel bevryd de kragten begonden nu ook zigtbaar toeteneemen, waar toe eene langzaam vermeerderde hoeveelheid van het Ex- trac-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 543