waakneëmïng, 45i
vermogen en de zeldzaame pogingen der
Natuur, welke dezelve fomtydsaanwend
tot genezing van de allerhoopelooste
ziektens. Immers niemand zalzoo ik
vertrouwe, een oogenblik twyffelenof
de Kwyling, welke in deeze Lyderesfe
ontdaan iskan en moet gehouden wor
den voor de waare en voornaame oor
zaak van haare herftellingwant, hoe he
vig ook de toevallen waren, hoe gevaar-
lyk, hoe hoopeloos jaa doodelyk haar
omflandigheden ook fchenen te zyn
voor dat de Kwyling zig openbaarde,
zoo groot is de verandering ten goede,
na dat dezelve maar eenen korten tyd
had aangehoudengelyk ook alle de he
vige toevallen van deeze gevaarlyke ziek
te in eevenredigheid verminderden na
mate de Kwyling meerdere ontlasting
maakte, in zoo verre zelve, dat zy by
het eindigen der Kwyling geheel ver-
dweenen waren. Daar dan door deeze
ontlasting alle de toevallen der ziekte
volkomen zyn weggenomen is het bui
ten alle tegenfpraakdat dezelve voor
eene fcheidende ontlasting moet gehou
den worden, en de behoudenis der Ly
deresfe aan dezelve toegefchreven,
Ff 2 Dee-