1495 GERARD! W 1 N II tnerabilibus morborum myriadibus flu- pendum illiud Divinae Majeftatis archty- pon expofitumesfe, quotidiana experien- tia fuffragatur. Vix ex angufto carcere in dias luminis auras erumpit tenellus infans, quin nafciturae vitae interitum minitantia mala ftatim experiatur; egre- giis purae latinitatis coloribus morbofa ilia corporis humani fata adumbravit gravisfimus ille Scriptor Romanus cor nelius celsus. Lib. 2. Cap. 2. Diverfa s&tate enafcentia haec phaeno- mena, et imperfcrutabili nexu conca- te- ftip zyner geboorte befchouwd, is tot op het eind van. zyn leven aan een ontelbare reeks van ziekten blootgefteld: zoals de dagelykfe ondervinding leert. Naauwelyks aanziet een teeder wigtje, zo even uit zyn fchuilplaats te voorfchyn gekomenzyn eerfte dagligtof het ondergaat aanftonds den on dergang bedreigende onheilen van het aankomende leven. De deftige Romeinfche Schryver corne- iius celsus, fchetst ons met levendige verw, in een zeer zuiveren latynfchen ftyl, dit elendig noodlot van het Schepfel. In zyn tweede boektwee de hoojdfiuk. Deeze verfchynfelen in onderfcheide jaren voort komende, en door een onnagaanbare band verbon den,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 588