ONDER- 528 J. LE ROY OVER EENE enz, Van onze wanftallige vrugt was kleiner dan van de andereook was onze be- fchrevene vrugt het eerst afgekomen; beide, volgens het zeggen der moeder, op de zesde maand van haare zwanger heid, het welke my ook, om reden der grootte van de welgeformeerde vrugt aanneemelyk voorkwam. Eindelyk, de moeder wist niet, ge- duurendehaare zwangerheid, door iets, hoe genaamd, verfchrikt te zynof iter- ke verbeeldingskragten gehad te heb ben, en is, terwyl wy dit fchryvën, nog in levengenietende eene goede ge- gezondheid*

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 626