3) De evenredigheid der asfen 1:0, 9966483 of 230 229 22 komt ten naasten by overeen met die, welke iV<?zy- ton uit de befp'iegelingennamentlyk 230 229, afgeleid heeft. 6. Maar van waar komen die groo- te afdwaalingen der vier overige graa- den Is 'er geene natuurlyke redendie van de omftandigheden der plaatfen zelve afhangt, bekend, waar aan men die af dwaalingen kan toefchryven De Heer Bouguer heeft eerst waargenomen de aantrekkende kracht der gebergten toen hy in Zuid-America by den berg Chïmbaraco de zuidelyke hoogten der Harren 8" grooter bevondt, en de noord- lyke hoogten kleiner. Het tegendeel werdt hy gewaar, wanneer hyopeenen zekeren afftand van het gebergte die waarnemingen deedtwaar uit hy be- floo.t, dat de draad des quadrants, met welken de hoogten gemeten werden door het gebergte tegen het zuiden aan getrokken wierde. Dewyl men nu tot het meten der Me- ridiaans graaden aftronomifche qua- dranten noodig heeft, tot het vinden der pools-hoogtenom de uitgeflrektheid der 546 J. F. HENNERT OVER DE

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 646