554 J« f« hennert over de 9. De paaien der misdagen omtrent de vier genoemde graaden gefield heb bende, zal ik nu onderzoeken, hoegroo- ten misflag men voor ieder graad moet onderdeden, om die vier graaden tot eene en dezelfde Ellips overtebrengen. Men onderflelle A 56753 den ge- metenen graad onder den evenaar, de corredlie a, den waaren graad ot., zo is I. A a. Men flelleB =56881 den graad on der 450 47'de corredlie bde finus van 450 47' Rzo verkrygt men II. B -f- b 3 a DR2. 5. Men flelle C 57072 de corredlie cde finus van 490 23' rzo is III. C c x 4- 3 a Dr2. Men flelle eindelyk E 57422, de corredlie e, finus 66° 20' gzo is IV. E -j- e u -f- 3 a D f. Door middel van die vier Equatien kan men de onderlinge corredtien, ab c, e bepaalen en wel best op de volgen de manier. Trekkende van elkander af de II en I equatienverkrygt men V. B q-b A a= 3 a DR2. Aftrek kende de III en IV equatienzo heeft men VI. E-feCc 3^Dr—3-^Dr2. Deelende de VI. equatie door de Vzo komt

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 654