568 J. F. HENNERT OVER DE 56753 669. Men ftelle r fmusvan eene gegevene breedteenx= het ver- fchil tusfchen den gezochten en den Pe- ruviaanfchen graad. Zo volgtuit de Hypothefe des Heeren Bouguerdat (fin. 660 2o')4669 r4xof dus de loga- rithmen gebruikende, vindt men log. x 4 log. r log, 669 4 log. 66° 20' 4 log. r 2, 9780409. Volgens deze formule hebbe ik de bygevoegde tafel berekend. 33° 18' 390 12' 43° 23 57037 56888 5Ó979 57048 57069 57028 5Ó8 8 r 57086 57072 57069 Het blykt by den eerflen opflag, dat deze Hypothefe minder aan het oogmerk voldoetdan de Elliptifchedewyl 1) de Caapfche graad een ongelyk grooter ver- fchil uitlevertdan wy door middel van de Ellips gevonden hebben. 2) Het ver- fchil omtrent den Hongarifchen wordt ook Breedten 430 3I, 44° 44' 45° 45° 47' 4*° 43' graaden graaden volgens Bouguer 56829 56904 56959 56966 56986 56990 57004 57056 verfchil- len t 208 - 16 t 20 t 82 t 83 t 38 - 123 t 30 t 3 49° 23'

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1773 | | pagina 668