VIII
r" t
de Vragen, dat het Genootfchap ten allen tyde
zal genegen zyn een gouden Medaille aan zulken
toe te wyzen, die, by vervolg van tyd, aan de
eene of andere vraag volkomen zal voldaan heb
ben.
Wyders herhaalt het Genootfchap de opgave
der Vrage, voor den eerften January 1774 te
beantwoorden
In welke evenredigheid zyn de landen in de
Provincie Zeelanden in ieder eiland in 't by-
zonder aangelegd tot BosfchenBoomgaarden
Weilanden en Bouwlanden? is die evenredig
heid, welke thans tusfchen dit vierfoortig ge
bruik der landen in deze Provincie plaats heeft,
de voordeeligflevolgens welke de landen binnen
dezelve konnen worden aangelegd? zoo neen,
hoedanige verandering is daar in voor het al
gemeen belang wenfchelyken welke zyn de bes
te en vruchtbaarfle middelenom dezelve daar
te fielten IP'elke foorten van houtgewas en
landvruchten zyn ''erbuiten die vaelke in Zee
land doorgaans het meeste worden aangekweekt
die in onze Zeeuwfche grondenmet een even-
ge lyk of grooter voordeel voor het Gemeenebest
en voor den Landmandan de thans gecultiveer
de zouden konnen worden geteeldwelke van
dezelve verdienen in het byzonder aangemoedigd
te