VRAÖe VOOR *TJAAR iMDCCLXXn. Si soo verre de Gevolgtrekkinge door nie- we en betere Proeven en Waarnemingen kan wórden opgehelderd. Maar wan neer dit önmogelyk geworden is, zou men daarom uit de reeds gemaakte waar nemingen en profondervindingenen uit die alleen niet mogen voort redeneren? Zou zig iemand niet belagchelyk aan bellen die, na een regtmatig befluit ge nomen te hebbentot het aanwezen van de Lugt en den JEthernog daarenbo ven dezelve beiden, door het Mikrojcoop zou willen zien, of de Veerkragt der- zelve, werktuigelyk, zou willen doen ar beiden, onder zyn gezigt.' Voelt en ziet men het EleCtrisch vuur niet Voelt en hoort men de Lugt niet en merkt men niet vele Verfchynzelen op, waar uit het blykt, dat er zulke fyne Vloeiftof- fen aanwezig zyn, en met Veerkragt be gaafd? Moet men dan het Water, in al le deszelfs kleinere droppelen, en der- zelver inwendigen vorm en innige ge daante, bekyken? Is dat mogelyk? Neen! zal men zeggen. Wel! moet het dan ook niet genoegvoor eenen verllan- digen Natuuronderzoekerzyndat hem het Vergrootglas eene nieuwe waereld heeft leeren kennen, en dat hy daar uit rr, deel. F ver-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 115