VRAGE VOOR 'T JAAR MDCCEXXn. 135
de planten verfrist en de lucht gezuiverd
worden.
Evenwel wy leerden door de ondervin-
dinge, dat er zich eenige gewrochten op
doen zoo die dikwylsals die zeldfaam
voorkoomen, welke niet gemakkelyk te
fchakelen en uit dezelfde wetten te ver-
klaaren zyn. Door ons gezicht weten wy
dat lichamenaan hunzelven overgelaa-
tenin eene loodlyne richtinge tot den
gezichteinder, nedervallenen dat de
wateren der zee, op eene zekere manier,
nu aanvloeien naar, en dan wederom af-
vloeijen van de ftrandenmaar niemand
der ouden was het in zyn verftand ge
komen, dat die verfchynzelenwelke,'
by den eerden opflag van het oogzoo
verfchillende zyn, moeten volgen uit een
I 4 en
'trgr'cjp'vgr
impetu nubcs in pluvias refolvi, his plantas recrea-
riaërem dcpurari, in vulgus notum est.
Dari tarnen effe&us quosdamobvios aequeac
rarioresqui non facile vel inter fe conneétivel
ex iisdem ïegibusexplicariposfint, experientiaedo-
cemur. Corpora fibi permisfa, direéhone ad hori-
zontem perpendiculariverfus terrae fuperficiem
cadereitemque maris aquascerta quadam ratio-
ne, ad littora nunc affluere, mox refluere, villi
cognoscimusfed phoenomena hae>c, primo intui
tu tam diverfa, ex unoeodemque gravitationis
uni-