VRAGE VOOR "TJAAR MDCCLXXÏÏ. 177 dere aantrekken, dan dat zy dit niet doen? waarom de zuivere lichaamen, meer naar het middelpunt der aarde, dan wel naar hare as neigen alzoo het een, zoo min als het ander, uit hun we zen volgt. Al antwoordt gy duizend maal, het zelfde vraaglluk zal u wederom voorgedragen wordenten zy gy deze krachten uit het inwendige ilelzel der deelen van de ftoffeen uit andere werk- tuigige oorzaaken verklaartof rond uit bekendt,dat die krachtenaan de hoeda- danigheden der Scholastyken vermaag- fchapt zyn. Maar de krachten worden uit de uitwerkzelen gekenden als wy op dezelve lettenworden wy onderrigt dat zy in het lichaam zyn. Moet dan een Filofoof het oordeel van zyne iv, deel, M zin- natura corporum ut fe attrahant, quam nöhycur gravia, ad centrum terras potius, quam ad axirn tendant, cum ex esfentia eorum, non magisunum feqnatur, quam alteram. Millies licet rclpondeas, eadem tibi de novo proponerar quaeftioi\ifi vel has vires ex interna partium materiae ftr.uétüra caeterisque caufis mechanicis explicesaut Schola- fticorum qualitatibus affines esfeingenue fateaiis. Vires tamen ex effedtibus cognoscuntur, ad quos fiattendimus, has corpori inesfe docemur, Jtane vero

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 211