buur, welke te geweldig aangroeit, be
hoorde gefnuikt te worden. Ondertus-
fchen, terwyl de legerhoofden hunne
eigene belangens wel waarneemen
wordt het geletterd gemeen, niet we
tende waar zich te keerenin verfchil-
lende begrippen en bedoeling van één
gereetenennaar dat ieders noodlot
medebrengtonderwerpen zy hun ver
nuft aan het gebied van dezen of dien
en zy verllyten hun levendat zy vry
beter konden befteeden, in 't verdedi
gen van hunne eigeneen in 't bevech
ten van vreemde begrippen.
't Is waar de afgunst teelt; en koestert
deeze gefchiilen; maar zyn de Wiskun
digen minder aan hertstogten bloot ge
field? Het mangelt hen zeeker aan gee-
nen
Ut
2Jp J. PAP DE FAGARAS ANTWOORD OP DE
comtnunem fecum causfam facias, orat. Interea
dum bells duces fuarum rerum fatagunt, fci?iditur
incertum fiudia in contraria vulgus eruditorumet pro-
lit cujusque fata ferunt, hujus, vel illius impe-
rio, ingenium fuum mancipant, et vitam, quam
longe reétius collocare poterant, in defendendis
fuisac impugnandis alienisconfumunt.
Procreat quidemet fovet, haec jurgia invidia,
fed num minus affeétibus obnoxii Mathematici
non animus certe illis, fed materia rixandi deest.