flaa, de waarheid daar door geenefcha-
de lyde. Maar by de Filofoofen kunt
gy dat niet weeten of alle dingen ze
ker, dan of zy twyffelachtig zyn, en
wat men onder deeze, of die foort te
brengen hebbe? Dees meent,dat hy van
alles reden gegeeven heeft, en gene be-
foolwerkt Zyne twyffelingen met de eer-
He beginzelen der menfchelyke kundig
heid. Er zyn er ook, die, om de uit-
muntenheid hunner veronderftellingen
aan te pryzen, de allerzekerfte waar-
heeden uit dezelve afleiden. Dus heb
ben de Wolfiaanen dikwyls het aanwe
zen van Goduit de voorbeftemde
Harmonie, betoogd. Maar anderen, dit
ziende, begonnen argwaan op te vat
ten, of niet wel die zeekere waarhee-
Q 2 den
VRAGE VOOR 9T JAAR MDCCLXXH. 243
TgrVfr
verum in certa aetheris agitatione confiftatVeri
tas nihil detrimenti patiatur. At, apud Philöfo-
phos, id ipfum fcire non posfis, an omnia certa,
an omnia dubia, an quidam iilis accenfenda fint
Hic omnium prorlus a fe rationem redditam pii-
tat, Ille, fuis dubiis, vel prima cognitionis huma-
nas principia, obvolvit. Sunt qui, ut hypothefe-
os fuas prajftantiam commendént, cercisfimas eti-
am veritates ex ea educunt. Ita Wolfiani ex Har-
monia praeftabilica exiltentiam'Dei faepius demon-
ftrarunt. At alii hoc videntes, 11e certaj ilkeve-
ri-