fchien uitgelachen hebben, die hem had willen op de proef brengen, met de moeilykfte voordellen, die hedendaags gemakkelyk opgelost wordenwant het ys was toen noch niet gebrooken, en er waren noch geene hulpmiddelendie aan zulke pogingen geëvenredigd waren. Veele dingen zyn er, welke de Meet- kundigen van onzen tyd nietaanraaken, Snaar van welke zy meenendat die eerst zullen opgelost worden, als men de grenzen der Analyfis verder zal uit brengen. Maar wat is er zoo verbor* •gen, dat niet fchielyk van deFilofoofen verklaard kan worden? Hoe zeldfaam blyven zy er in fteeken? Weeten zy, die den lof hebben van zedigheid onder hen, wat mgn hedendaags zonder roe- kc' 252j. PAP DE FAGARAS ANfWÖORD OP DE JLifu forte ilium Galilteus excepisfet, qui ipfum, difficillimis, quae hodie facile folvuntur, Proble- matibus, exercere voluisfet; nondum enim glacies fraïtaerat, nee digna tantis conatibus aderant au- xiiia. Multa funtquae Geometrynoftro tempore, jie attingunt quidem, fed turn demum ea folvenda fore putant, cum fines Analyfeos longius profe- jentur. At quid tam reconduum estquod a Ptai- lofophis non posfit fubito explicari? Quam raro il- Ifs aqüa Jsasret Anipfi, qui modeftite jaudem in-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 286