266 J. PAP DE FAGARAS ANTWOORD OP DE wacht men met recht zeer veel van hun die dikwyls op dien weg gewandeld heb ben. Cel y k een oud matroosdie alle de dagen zyns leevens, tusfchen de golven der zee, verfleeten heeft, heilzaamen raad aan eenen jongeren geeftzoo zou hy onder de Filofoofen, die grys ge worden is in 't neemen van proevenin 't zoekenin 't gisfenen die door veele woelende zeen van meenigengisfmgen ja zelfs van dwaalingengeüingerd is, veele gefchikte dingen daaromtrend kunnen berichten. Die wetten zyn ons, voor het grootst gedeelte, onbekend, welke ziel en lichaam volgen, in het voortbrengen hunner gewrochten. De oogappel verwydert en vernaawt zich, naar mate, dat het licht fterker is. De fpie- co- 'xrfrirgy "cyi*vgr vyp" jure expedtatur, qui facpius in hac vig funt verfati. Ut fenex nauta, qui omnes vitac dies, inter flu- dtus maris, confumfit ,£falubria junioriconfilia fup- peditat. Ita ille inter Philolophos, qui in tentan- do, quaerendo, divinando confenuit, multisque opinionum, conjedturarum, imo etiam errorum fludtibus jadtatus est5 multa hancinremaccommo- data monere posfet. Ignotae nobis funt, maximam partem, iliac leges, quibus corpus aeque ac anima fuos eftedtus perficiunt. Dilatat et co- ardtat fe pupilla, pro majorl minorique lucis

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 300