zich zo véele menfchen op toeleggen
en over welke zy klagen, zo veel af-
keers en moeilykheden daar in te vinden*
Hoe veele geleerden bedrogen doof
waarfchynlykheidhebben onderftel-
lingen aangenomen, wanneer zy hun
ne verbeelding boven de ondervinding
en redeneering fielden. Dikwerf zien
zy de zaken niet, dan volgens hunne
onderflelling. Zich aan de zaken te be
palen, die te bewyzen, zich aan geen
party te binden, zich niet te houden
aan de voortbrengzelen van een land,
dat is het oogmerk van eenen natuur
kenner te bereiken, die de aarde alszyn
heerfchappy aanzieten de zuivre waar
heid, op vaste gewrochten fleürfënde
als
SSÜS8SÜ®©!©!©}®!;®©!!®
VRAGE VOOR 'T JAARMDCCLXXH* 363
quent dans laquelle ils fe plaignent de trouver
tant de dégoüts de difficultés.
Combien de fqavans n'ont pas adopte's des hypo-
thèfes trompes par la vrairemblanceparee qu'ils
ont confultd leur imagination préferablement a
l'expe'rience au raifonnement. Ils ne voyent
bien fouvent les chofes que conformdment leurs
fuppofitions. Se borner aux faits a les verifier,
ne f'attacher a aucun partine pas fe fixer aux
produftions d'une feule contree'; c'est remplir le
but d'un naturalifte qui regarde toutela terre com-
me fon domainela ve'rite' feule établie fur des