VRAGE VOOR 'T JAAR MDCCLXXE. 393 duidelyk is en hetgene duidelyk is by gevolgtrekking. Wyl het laatfte foort van voordellen niet duidelyk kan bly- ken, dan alleen aan hen, die de blyk- baarheid der grondbeginfelen zien, en de blykbaarheid van het verband van die beginfelen uit de gevolgen, die 'er duidelyk uit voortvloeijenhetgene ee- nig vernuft vereischt. Men neme, by voorbeeld, dit duidelyk voordel, dat driemaal 3110 zynen het f vooronder- delt deze redenering, om dat alle de deelen van een geheel famengenomen klaarblykelyk gelyk zyn aan een geheel, of aan de eenheid, en dat de eenheid klaarblykelyk niet meer dan bevat het is derhalven klaar dat driemaal één B b 5 maakt même ce qui est conféquemment évident: vü que les propofitions de ce dernier genre ne fpau- roient paroitre évideritesqu'a ceux qui fentent l'évidence des principes l'évidence de la liaifon de ces principes avec les conféquences qui en re- fultent évidemment,- ce qui requiert quelque faga- cité. Prenons par exemple cette propofition évi dente que 3. fois 3. font ia Et le préfupofe ce raifonnementpuisque toutes les parties d'un entier font enfemble évidemment égales a un entier ou l'unité, qu' évidemment un entier ne con- tient que f j il est évident que 3.fo font 1. done

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 427