gen, die men uit de waarnemingen eri reeds gedaane ondervindingen trekt, waarin men op twederlei wyzen kan dwalenwant deze gevolgen konden of te verhaast zyn geweest, of maar de fchynbaarfle en de onvruchtbaarfte van allen, die men uit dezelve waarnemingen had konnen en moeten trekkeneer men zich liet wegliepen om andere te be- fchouwen, die dikwyls zo moeielyk niet fchynen, dan alleen in eene misleidende meening, dat men geen verdere gevol gen kan trekken, uit die welke men reeds onderzocht heeft, die dienen kon nen om de nog onbekende oorzaken der verfchynzelen te ontdekken. De ssssssossssssssssssss! VRAGE VOOR 'TJAAR MDCCLXXtt 41$ en quoy Ton peut fe tromper de deux manieres; car ces confe'quences pourroient avoir e'cé trop pre'cipite'esou n'être (implement que les plus e'vi- dentes les plus fte'riles de celles que Ton auroit pü du inferer de ces mêmes obfervations de ces dernieres expe'riences avant que de fe laisfer entrainer a en examiner d'autres: qui bien fouvenc ne paroisfent fi difficiles que dans la perfuafion ér- rone'e, que l'on ne fgauroit tirer de celles que Ton avoit de'ja examine'es des confe'quences ulte'rieures qui puisfent fervir a de'couvrir les caufes encore inconnuës des phénomènes, L'In~

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1775 | | pagina 449